Bagger toedienen op grasland in Veenweiden

Gebruik van bagger gaf nauwelijks tot geen extra gewasopbrengst. Dat is één van de belangrijkste conclusies uit een oriënterend onderzoek op KTC Zegveld waarbij bagger op verschillende momenten in het voorjaar en zomer werd toegediend op grasland.

Bemestende waarde

In 2016 werd op KTC Zegveld een oriënterend onderzoek uitgevoerd, waarbij bagger op vier verschillende tijdstippen werd toegediend op grasland. Dat was voor de 1e snede-begin april, na de 1e snede-half mei, na de 2e snede-half juni en zomer-half augustus. De bemestende waarde van de stikstof in bagger werd vergeleken met die van runderdrijfmest, kunstmest en een combinatie van drijfmest en kunstmest. Per tijdstip werd de gewasopbrengst gemeten van twee sneden na aanwenden.

Resultaat van bagger nihil

Uit de resultaten bleek dat het gehalte aan totale stikstof (kg/ton) van de bagger ca. 40% lager is dan van runderdrijfmest. Daarnaast bestaat de totale stikstof in bagger praktisch volledig uit organisch gebonden stikstof. Bagger had op alle vier de tijdstippen nauwelijks tot geen opbrengstverhogend effect ten opzichte van geen bemesting en ook praktisch geen effect op het RE-gehalte van het gras. Dit resulteerde in een stikstofbenutting die varieerde van 0-5%. Ter vergelijking, de stikstofbenutting van de drijfmest en de kunstmest op de veengrond varieerden resp. van 0-24% en van 25-64%.

Slootvegetatie

Aanvullend werd in 2017 oriënterend naar het effect van de verschillende tijdstippen van baggeren op de slootvegetatie gekeken. Hiertoe werden enkele slootvakken op verschillende tijdstippen gebaggerd, vergelijkbaar met het onderzoek naar bemestende waarde. Aan het eind van het seizoen (half september) kon geen duidelijk effect van het baggertijdstip op de vegetatie in het midden van de sloot worden geconstateerd, wat betreft aantal plantensoorten en bedekking per plantensoort.

Onderhoud van sloten

In de praktijk worden sloten gebaggerd om te zorgen dat ze het water goed kunnen doorvoeren. Daarnaast is gebleken dat baggeren een groot positief effect heeft op de waterkwaliteit.

Aanleiding onderzoek

Het baggeren vindt vooral plaats de zomer, omdat de Flora en Faunawet aangeeft dat er tussen 15 maart en 1 juni niet gebaggerd mag worden. De stikstof uit de ‘zomerbagger’ komt mogelijk te laat vrij om nog voldoende door het gras benut te kunnen worden. Vandaar dat er behoefte was aan meer inzicht in de bemestende waarde van slootbagger bij verschillende momenten van toedienen.


Klik hier voor het rapport met de resultaten van het onderzoek.

Neem voor meer informatie contact op met Herman Schooten herman.vanschooten@wur.nl of Michel de Haan michel.dehaan@wur.nl