Bij mestverdunning wordt water aan drijfmest toegevoegd. Dat maakt de mest vloeibaarder. Deze vloeibare mest kan direct de bodem indringen, waardoor minder stikstof in de vorm van ammoniak kan vervluchtigen. Verder komt vloeibare mest direct bij de graswortels terecht, waardoor de nutriënten beter door de plant worden opgenomen. Dit leidt tot minder stikstofuitspoeling. In dit experiment van Proeftuin Veenweiden bij Jaap Schep willen we graag de verbetering van gewasopbrengst en -kwaliteit in kaart brengen.

Relevantie voor het Proeftuin-bedrijfsdoel

Jaap Schep is bezig met het verhogen van de stikstof-efficiëntie op zijn bedrijf. Door het gebruik van vloeibare kunstmest is de uitspoeling van stikstof uit kunstmest verlaagd. Door het verdunnen van drijfmest kunnen stikstof-verliezen verder worden beperkt.

Voor de eerste en tweede snede worden verdunningen toegepast van drijfmest in de verhoudingen water: mest van 1:1, 1:2 en 1:3. Door het registreren van de mestverdunning en het tijdstip van het mest uitrijden kan de ammoniak uitstoot per verdunning berekend worden. Bovenop een reductie van de ammoniakemissie is de verwachting dat de toediening van verdunde drijfmest tot een meeropbrengst leidt aan gras en een betere graskwaliteit.

Onderzoeksvragen

Als onderzoeksvragen zijn geformuleerd:

  1. Is er een effect op de opbrengst bij het toedienen van verdunde drijfmest ten opzichte van onverdunde drijfmest tijdens de eerste en tweede snede?
  2. Is er een effect op de graskwaliteit (ruweiwitgehalte (RE*) en Darm Verteerbaar Eiwit (DVE*)) bij het toedienen van verdunde drijfmest ten opzichte van onverdunde drijfmest tijdens de eerste en tweede snede?

Opzet experiment

Voorwaarden:

  • Het niveau van de kunstmest dient op alle proefpercelen gelijk te zijn.
  • De drijfmest voor de proefpercelen dient uit dezelfde put te komen en van vergelijkbare kwaliteit te zijn.

Variatie in mestverdunning:

  • 1 water : 1 mest
  • 1 water : 2 mest
  • 1 water : 3 mest

Toepassing per perceel

Toepassing per perceel bij Jaap Schep

Metingen

  • Opbrengst (kg droge stof (DS*))
  • % DS, RE, VEM*, fosfor (P)

Aanleg experiment

Er worden in de eerste en tweede snede drie behandelingen met mestverdunning uitgevoerd. Pilotboer Schep gaat de mestverdunning op de percelen in samenwerking met zijn loonwerker zelf uitvoeren en aanleggen. De mest voor deze percelen komt bij voorkeur uit dezelfde put. Op het moment van bemesting wordt een mestmonster genomen en voor analyse naar Eurofins opgestuurd.

Op de percelen worden dezelfde hoeveelheden stikstof-kunstmest toegediend volgens het bemestingsplan. Naar verwachting moet de eerste snede begin mei worden gemaaid. Voor de opbrengstbepaling en het nemen van grasmonsters worden later afspraken gemaakt.

 


*RE ruweiwitgehalte

*DS drogestofgehalte

*VEM is de Nederlandse energie parameter. Het geeft de netto energie inhoud van een product weer voor melkgevende koeien.

*DVE staat voor Darm Verteerbaar Eiwit. DVE is de maat voor de hoeveelheid eiwit die beschikbaar en verteerbaar is in de dunne darm.

*De OEB is de onbestendige eiwit balans van een voedermiddel of rantsoen. Dit kengetal geeft aan hoeveel eiwit en energie er in de pens beschikbaar komt en of deze twee componenten in balans zijn.


Lees meer over pilotbedrijf Jaap Schep