Maak meer werk van hooien!
Melkveehouders zijn allemaal gecharmeerd van hooi. Het is geen discussie dat hooi wat toevoegt aan het rantsoen voor de dieren. Goed hooi is smakelijk, suikerrijk en bevat bestendig eiwit. De VEM kan oplopen tot boven de 900. Daarnaast is er nog hooi van natuurgebieden. Uiteraard zit daar minder voedingswaarde in, maar des te meer kruiden en andere positieve elementen voor de gezondheid van de koe.
Meer dan 40 ton hooi
Proeftuin Veenweiden deelnemer Mattias Verhoef heeft rond de 100 melkkoeien en 46 ha grasland, waarvan een kleine 7 ha natuurland is. In 2017 wist hij in totaal meer dan 40 ton hooi te maken, waarvan bijna de helft van zijn reguliere grasland. De grootste helft komt van natuurgebieden. Alles bij elkaar heeft Mattias een prachtige tas met hooi staan, met een grote diversiteit aan kwaliteit. In onderstaande tabel staan de verschillende partijen op een rij.
Tabel: Hooiwinning 2017 Mattias Verhoef
Wat zijn de gehaltes van het hooi?
Het hooi gemaakt van de eerste en tweede snede, is met een VEM waarde van 937 en 887 en een mooi eiwit gehalte van zeer goede kwaliteit. Met een DVE gehalte van 79 en 77 vormt dit gras ook een goede eiwitbron. Kwalitatief goed gras laat zich wel slechter drogen, dit is te zien aan de veldperiode van zes en zeven dagen en het zeven maal schudden.
Het hooi van het natuurland en het perceel met uitgestelde maaidatum heeft een veel lagere VEM waarde. Dit gras is pas laat gemaaid waardoor het al aan het verhouten was, hierdoor is het minder verteerbaar wat het lage VEM gehalte verklaart. Gras dat verhout is, droogt wel sneller wat ook duidelijk te zien is in de veldperiode en het aantal keer schudden. Doordat het uitgestelde maaidatum land en het natuurland minder, of zelfs helemaal niet bemest wordt zijn de eiwitgehaltes van dit hooi ook veel lager, namelijk rond de 10%.
Wat is de waarde van hooi in het rantsoen?
Het hooi van de eerste en tweede snede vormt fantastisch voer voor het melkvee. Het maken van hooi heeft als voordeel dat het eiwit bestendiger wordt, wat duidelijk te zien is in de hoge DVE waarden van het gras. Een melkkoe heeft zo’n 15-16% ruweiwit in het rantsoen nodig waarvan 8-9% DVE. Dit hooi voldoet daaraan en zal met de hoge suikergehaltes ook erg smakelijk gevonden worden door de koeien. Doordat het droog is zal het ook rustiger verteerbaar zijn. Het hooi is uitstekend geschikt als bijvoeding in het weideseizoen, met name in het najaar wanneer het gras buiten slapper wordt en er minder suikers in zitten. Op dat moment hebben de koeien behoefte aan een voedermiddel dat rust brengt, smakelijk is en voldoende DVE bevat. Dit hooi heeft dat allemaal.
Natuurhooi voor melkkoeien?
Het natuurhooi is met de lage VEM waardes op het eerste gezicht niet geschikt voor melkvee, maar toch zijn er situaties waarin je als melkveehouder blij bent dat je over dit ruwvoer kunt beschikken. Het natuurhooi kan in combinatie met een ‘te’ snelle graskuil of weidegras van hoge kwaliteit (bijvoorbeeld in het voorjaar) goed in een rantsoen passen om wat te remmen. Ook lijkt het geschikt voer voor droge koeien of/en jongvee van minstens een jaar oud. Beide groepen hebben zo’n 13 a 14% ruweiwit in het rantsoen nodig. Door het natuurhooi te mengen met bijvoorbeeld herfstgras ontstaat een goed rantsoen met voldoende structuur, eiwit en energie. Zo kan voer van mindere kwaliteit (herfstgras + natuurhooi) juist gebruikt worden om het vee te voeren naar behoefte.
Moraal van het verhaal
Nederlandse boeren moeten kiener zijn om hooi te winnen. Juist extensieve bedrijven moeten hun best doen om het juiste voer van hun eigen land te winnen dat past in het rantsoen, omdat zij minder kunnen corrigeren met de aankoop van voer van buiten het bedrijf. Als je wilt, kun je een mooie partij hooi winnen, niet alleen van natuurland, maar juist ook van je gewone land. Het vraagt geduld en kost wat meer werk, maar dan heb je ook wat!